De vallei van La Hoëgne is één van de mooiste valleien van België. Hier zie je de natuur vanuit een andere hoek. Dus trek je wandelschoenen aan, pak je wandelstokken en ga mee op avontuur in een onbekend deel van België dat wacht om ontdekt te worden.
De Hoëgne stroomt als een zijrivier van de Vesder in het uitgestrekte stroomgebied van de Maas in de provincie Luik en legt een traject af van ongeveer 30 km lang doorheen de Ardennen. De bron ligt in de Hoge Venen in de buurt van het Signal de Botrange. Het kleine beekje dat daar op de Hoge Venen ontspringt, verandert in een wilde, majestueuze rivier. Nuchter bekeken gaat het uiteraard over een lading regenwater die bovenop de Hoge Venen valt, in de rivier de Hoëgne terechtkomt en vervolgens over een afstand van enkele tientallen kilometers 280 meter naar beneden stroomt. Maar toch, dit is echt wel een rivier met een verschil. De Hoëgne stroomt verder door Theux en eindigt uiteindelijk in de Vesder in Pepinster.
We parkeren de auto bij het knusse Chalet du Pont de Belleheid. Wees er wel vroeg bij, want er zijn niet zoveel parkeerplaatsen beschikbaar en langs de weg parkeren is niet toegelaten. Aan de parking Pont de Belleheid begint al meteen het echte avontuur, want om toegang te krijgen tot de parkeerplaats moeten we de rivier oversteken met de wagen. Geen paniek... de diepte van het water is slechts 10 centimeter, maar geeft alleszins een stoere start aan 'de wandeling van de Hoëgne'. Bij de parkeerplaats ziet u het begin van het parcours, waarbij de markeringsbordjes met het blauwe kruis moeten worden gevolgd.
De wandeling is 10 km lang, maar er zijn verschillende aanpassingen mogelijk om de route te verlengen. Wat ik zelf het leukste vond aan deze wandeling, is hoe 'naturel' het nog steeds allemaal is, zelfs al is de wandeling behoorlijk populair. Je loopt langs houten bruggen, trappen, smalle en soms bredere paadjes, over rotsformaties. Met één constante: nooit is het kolkende water ver weg. De maximale hoogte ligt rond de 200 meter en geeft je zeker de nodige uitdaging, maar blijft ook nog voor de minder geoefende wandelaar vlot doenbaar.
Het rotsachtige pad biedt een afwisseling van allerlei soorten groen, van elzen, eiken en heel wat mossen en varens. Langs en in het water ligt de bedding bezaaid met soms heel grote kwartsietrotsblokken van meerdere miljoenen jaren oud. De typische bruine kleur van het water herinnert er ons ondertussen aan dat Hoëgne lang geleden een belangrijke plek voor ijzerwinning was. Het begin van de wandeling is zoals zo vaak vrij eenvoudig, maar al snel wordt het wat pittiger, en dus ook mooier en leuker!
Dit is zeker geen stille vallei. Het geluid van liters water dat valt, plonst, plopt, spettert, sproeit en gorgelt, hoor je door de ganse vallei. De rivier heeft ontelbare prachtige kleine watervallen, vijvertjes en rotsformaties. Grote, kleine, verticale, horizontale, parallel gevormd, in serie gerangschikt, allemaal daar precies neergezet door een reus die vastbesloten was de rivier te stoppen. Na ongeveer een kilometer wandelen, kom je aan bij de waterval Léopold II. De waterval werd officieel ingehuldigd door koningin Marie-Henriette in 1899. Het ziet er echt sprookjesachtig uit.
Het is geen volledig ongerept pad, want er zijn ook een tiental houten bruggen die de rivier doorkruisen en die je telkens weer naar de andere oever leiden. Gelukkig zijn er de leuningen, glad geschuurd door de handen van vele bezoekers, die me rechthouden op de gladde paden op een ijzige winterdag. Het wandelpad zelf is een combinatie van bospad en boomstambruggen. Na ongeveer 3 km kom je uit in een open plek met een prachtige picknickplaats, veel houten banken, informatieborden over de rivier en ... zicht op het water.
Het is bijna de gewoonte geworden tijdens onze wandeling een picknick mee te nemen. En dat is deze keer niet anders, zelfs met deze koude temperaturen.
Daarna wordt het pad nog een beetje uitdagender tot aan de Pont de la Vecquee of de Brug van Centenaire, die in 1930 werd gebouwd ter gelegenheid van de herdenking van de 100ste verjaardag van de Belgische onafhankelijkheid.
La Vecquée is één van de zeer oude paden in de regio van de Hoge Venen. Deze Romeinse weg stamt nog uit de tijd toen de Romeinen, in 57 voor Christus, Gallië veroverden. In latere tijden werd de weg het 'pad van de bisschop' omdat de prins-bisschoppen de route volgden als ze naar de abdijen gingen. Op het plateau van de Baraque Michel voegt de Vecquée zich trouwens bij een andere Romeinse weg, de Via Mansuerisca. Zo zie je dat zelfs hier de Romeinen hun stempel hebben nagelaten op het route- en padennetwerk in de Oostkantons.
Ondertussen heb je 5 km gewandeld en ben je bij de helft van het pad aangekomen. Je kan hier de keuze maken om de dagtocht nog verder te verlengen of terug te keren naar de parkeerplaats langs de andere kant van de rivier. De kortste route is 8 km, maar je kan er gemakkelijk 12 km of zelfs 21 km van maken.
Naast de bijzonder bruine kleur van de rivier door het hoge gehalte aan ijzer in de bodem, is er nog iets dat opvalt in het water. Op vele plaatsen staat er heel wat schuim op de rivier . Dat lijkt misschien op het eerste zicht op één of andere verontreiniging, maar enig opzoekwerk zal ook jou vertellen dat het eigenlijk gaat om ‘Gâteaux des Fagnes’ of veentaarten, die net een indicatie zijn van heel schoon water! Het krachtig bewegende water zorgt immers voor een soort ‘verzeping’ van de aanwezige humus- en kleideeltjes in de rivier.
Overal waar je kijkt is - zelfs in het winterse seizoen - nog altijd veel groen: mos, korstmossen, varens, grassen. De Hoëgne is van grote botanische waarde voor de regio en is in sommige aspecten misschien wel de Hof van Eden in Wallonië.
Op de terugweg zien we wat in het Frans mooi een Belvédère wordt genoemd, een ander woord voor uitkijkpunt. Vanaf hier heb je een prachtig spectaculair uitzicht over de Hoëgnevallei. Waar we daarstraks nog beneden kort langs de oever wandelden, zie je nu in de diepte van de vallei de nevel sluieren, terwijl je nog steeds het water hoort kolken.
Gelukkig is de Vallei van de Hoëgne door de jaren heen goed onderhouden. Leonard Legras, die in Sart woonde, was een van de eerste initiatiefnemers om het parcours door de vallei verder aan te leggen in het begin van de 19e eeuw.
Na een mooie dag wandelen is het tijd om wat te gaan drinken en eindigt deze route bij de knusse bistro Chalet de Pont de Belleheid. De innerlijke mens kan hier met één en ander worden aangesterkt, maar waarom niet het Luikse streekbier Bière des Amis proberen, een pretentieloos lekker, ambachtelijk blond biertje?
Heb je ook de goesting gekregen om hier eens op pad te gaan, dan zou ik je wel aanraden om goede wandelschoenen en eventueel zelfs wandelstokken mee te nemen. Zeker bij nat of winters weer lijkt dat geen overbodige luxe. Dus waar wacht je op? Annuleer het weekend naar de grootstad. Stel je shoppinguitstap uit. Zet het opruimen van de zolder even on hold. En ga gewoon op wandel in de vallei van de Hoëgne.
Veel wandelplezier !
WANDELEN - BELGIE - ARDENNEN
Comments