Mijn zondag in Ronda
- Thijs Marleen

- 5 sep
- 4 minuten om te lezen
Ben je benieuwd hoe een zondag in Ronda eruitziet? In deze blog neem ik je mee naar mijn dag in deze prachtige Andalusische stad, met haar indrukwekkende brug, feestelijke optredens, kleurrijke winkelstraten en een lunch die nog steeds in mijn gedachten blijft hangen.

Ronda ontstond als Romeinse nederzetting Acinipo, al in de 2e eeuw v.Chr. Restanten van een Romeins theater zijn er nog steeds te vinden. Later werd Ronda een belangrijke Moorse stad. De Moren bouwden stadsmuren, badhuizen en bruggen en gaven de stad haar karakteristieke Andalusische structuur met smalle straatjes en witgekalkte huizen.

Wanneer ik door de straten van Ronda wandel, voel ik meteen een bijzondere sfeer. De stad lijkt in tweeën gesneden door de diepe kloof, en de beroemde Puente Nuevo verbindt beide delen op majestueuze wijze. Dit  is hét symbool van Ronda. Ze werd gebouwd in de 18e eeuw om de kloof (El Tajo) te overbruggen en het oude en nieuwe stadsdeel met elkaar te verbinden. Ik blijf even stilstaan om het uitzicht in me op te nemen: de diepte, de rotsen en de witte huizen die zich aan de rand vastklampen.



Geen wonder dat schrijvers als Hemingway en Orson Welles hier hun inspiratie vonden en hun hart aan Ronda verloren. Hemingway beschreef de stad en haar stierenvechters, en Welles liet zelfs zijn as hier uitstrooien.

Het Mozaïek van de Romantische Reizigers is een groot keramisch werk op één van de buitenmuren van het Tentoonstellings- en Congrespaleis van Santo Domingo, aan het begin van de Calle ArmiñÔn.
Dit kunstwerk is een eerbetoon aan de romantische reizigers die de stad in de 18e en 19e eeuw bezochten en heeft bijgedragen aan het imago van Ronda als romantische bestemming.

Ronda staat ook bekend als de bakermat van het moderne stierenvechten. De Plaza de TorosĀ (uit 1785) is ƩƩn van de oudste en mooiste arenaās van Spanje en een symbool van de stad. Zelf ben ik geen voorstander van stierengevechten, maar ik begrijp dat het voor veel Spanjaarden deel uitmaakt van hun traditie en identiteit. Vanuit dat oogpunt bewonder ik vooral de architectuur en de culturele betekenis van deze plek.




Daarna ga ik richting de belangrijkste winkelstraat van Ronda: de Carrera Espinel, beter bekend als Calle La Bola. Deze voetgangersstraat ligt ten noorden van de oude stad, in de wijk die āEl Mercadilloā wordt genoemd. De straat is bijna ƩƩn kilometer lang en genoemd naar de priester, schrijver en musicus Vicente Espinel, een beroemde zoon van Ronda uit de Spaanse gouden eeuw.



Terwijl ik er wandel, kijk ik omhoog en zie ik de gekleurde decoraties die boven de straat zweven. Het geeft de hele straat een feestelijke uitstraling, alsof de hemel vol vrolijke vlaggen hangt. De combinatie van winkeltjes, terrasjes en dit kleurenspel maakt de wandeling een belevenis op zich.

Op zondagmiddag komt de stad helemaal tot leven. De lokale bevolking verschijnt in traditionele klederdracht, kleurrijk en trots, alsof de geschiedenis voor mijn ogen herleeft. Vrouwen in jurken met franjes en bloemen in het haar, mannen in klassieke Andalusische pakken en kinderen die met sprankelende ogen meedoen. Muziek klinkt door de straten, er wordt gezongen en gedanst ā en ik laat me volledig meeslepen door de feestelijke sfeer.



Na een ochtend vol indrukken schuif ik aan bij het wijncafé van Hotel Palacio de Hemingway. De sfeer is intiem en warm, de bediening persoonlijk en gastvrij. Ik bestel een reeks tapas en laat me verrassen door de combinaties. Pil-pil scampi die tintelen op mijn tong, een verfijnde carpaccio die smelt in de mond, en daarbij zorgvuldig gekozen aangepaste wijnen die de smaken nog meer laten schitteren. Het is een lunch die de dag een gouden randje geeft.

Voordat ik terugkeer, maak ik nog een laatste stop bij een klein banketwinkeltje. Daar ontdek ik de beroemde yemas de Ronda: kleine, goudgele zoetigheden gemaakt van eigeel en bloemsuiker. Hun oorsprong ligt in de kloosters van Andalusiƫ, waar nonnen eeuwenlang met eenvoudige ingrediƫnten de meest verfijnde lekkernijen creƫerden. De yemas waren vaak bedoeld als geschenk of als manier om inkomsten voor het klooster te genereren. Tot op de dag van vandaag worden ze beschouwd als een traditionele lekkernij Ʃn als een geliefd souvenir uit Ronda. Ik proef er eentje: zacht, romig, zoet maar subtiel. Met een doosje in mijn tas neem ik een stukje Ronda mee naar huis.
Als ik later terug de straat op loop, klinkt de muziek nog steeds en zie ik de mensen dansen in de zon. Ronda toont zich van haar mooiste kant: een mix van traditie, kleur, gastvrijheid en culinaire verwennerij.


Wie eenmaal door de straatjes van Ronda wandelt,
proeft de geschiedenis,
voelt de cultuur en
wil, net als ik,
altijd nog eens terugkomen.















Opmerkingen