Afgelopen weekend trokken we eropuit, de natuur in, en werden we beloond met een betoverend winters landschap. De Ardennen lagen onder een dik pak sneeuw, met besneeuwde dennebomen zo ver het oog reikte. Het voelde alsof we een reis naar het hoge noorden hadden gemaakt – alsof we niet in België wandelden, maar ergens in Lapland. "Merci, les Ardennes," fluisterden we, dankbaar voor het prachtige witte tapijt dat zich voor ons uitstrekte.
Er zijn maar weinig momenten waarop de natuur zo betoverend is als tijdens een winterdag in de Ardennen. Een dik pak sneeuw bedekt de glooiende heuvels, terwijl de dennebomen glinsteren onder een witte deken. Het landschap is stil en sereen. Elke stap in het vers sneeuwtapijt brengt ons dieper in een sprookjesachtig decor, waar het voelt alsof we in een andere wereld zijn.
In deze blog neem ik je mee op een winterwandeling door het prachtige landschap van de Hoge Venen en laat ik je vergeten dat je in België bent.
De Hoge Venen, een iconische plek in de Ardennen, staan bekend om hun ruige schoonheid en uitgestrekte natuur. Het gebied nabij Baraque Michel trekt op een sneeuwdag als vandaag, wandelaars uit alle hoeken van België, en terecht. Hier, op één van de hoogste punten van het land, lijkt het landschap elk seizoen een eigen verhaal te vertellen. Maar niets kan tippen aan de magie van een winterse wandeling.
Daar het nog vroeg in de ochtend is, kunnen we onze auto netjes parkeren aan de historische herberg Baraque Michel.
De naam "Baraque Michel" heeft door de jaren heen vele speculaties opgeroepen. Het woord “Brack” – wat woestenij betekent – zou de oorsprong zijn van de naam. Maar volgens de Belgische taalkundige Jean-Marie Klinkenberg is het de waarheid simpel: de herberg wordt gewoon genoemd naar haar oprichter, Michel Schmitz.
Deze herberg werd in 1813 gebouwd door de Duitse kleermaker Michel-Henri Schmitz. Het diende als herkenningspunt midden in de uitgestrekte omringende veengebieden waar reizigers vaak verdwaalden. Volgens de legende heeft Michel-Henri Schmitz, deze bouw uitgevoerd na een avontuur in de venen, waar hij verdwaald was. Er wordt gezegd dat hij ternauwernood aan de uitputting is ontsnapt en uit dankbaarheid voor zijn verhoorde gebed om de weg terug te vinden, zou hij een toevluchtsoord en herkenningspunt hebben gebouwd voor verdwaalde reizigers in het immense verlaten moeras.
De ochtend begint stil, de lucht zwaar van grijs en wit. Ik sta op de rand van de Hoge Venen, het landschap voor me lijkt een eindeloze zee van sneeuw en ijs. Mijn adem kringelt als wolkjes voor mijn gezicht, en ik trek mijn sjaal wat hoger op. Onder mijn voeten kraakt de sneeuw zachtjes, alsof het zich verzet tegen mijn stappen.
De eerste meters leiden me door een besneeuwd dennenbos. De bomen staan er als wachters, hun takken zwaar van de sneeuw. Af en toe ploft er een hoop sneeuw naar beneden. Het is magisch stil, alleen het ritmische geluid van mijn stappen en het geritsel van een rietgorst doorbreken de stilte.
Als ik het bos uit loop, opent zich een uitgestrekt, wit tapijt. De vlakte van de Hoge Venen ligt als een eindeloze woestijn van sneeuw en ijs. Kleine plukjes struiken steken zwart en onverzettelijk boven het witte landschap uit. Een zachte wind jaagt fijne poedersneeuw over de grond, alsof het een adem van leven aan dit bevroren landschap geeft.
Ik volg het bekende houten knuppelpad, dat nu volledig is ondergesneeuwd, maar dat me veilig over de hei leidt naar de Pont Marie-Anne Libert. De frisse lucht vult mijn longen, en ik voel me één met de natuur om me heen.
Het landschap verandert terwijl ik verder loop. De vlakte wordt heuvelachtiger, en ik voel de inspanning in mijn benen. De zon breekt voorzichtig door de wolken en schildert de sneeuw met een gouden gloed. De hele wereld lijkt even te schitteren, alsof ik door een sprookje loop.
En dan, verscholen tussen de struiken, doemt een zwart kruisje op tegen de witte achtergrond : La Croix du Prieur. Het huidige kruis dateert uit 1950, het eerste kruis dateert uit 1566 en staat op de grens tussen Jalhay en Ovifat. In 1605 werd het oude kruis vervangen door de prior van Malmedy om een einde te maken aan de territoriale rivaliteit tussen de bovengenoemde dorpen.
Aan het einde van de middag bereik ik een uitkijkpunt. Het is een houten platform dat net boven de sneeuw uitsteekt. Ik zet mijn rugzak neer en neem een kleine versnapering om terug wat op krachten te komen. De stilte is hier diep en alomvattend. Ik voel me klein, maar ook krachtig, alsof de wereld me even in haar armen houdt.
Na een tijdje begin ik aan mijn terugtocht. Mijn voetstappen in de sneeuw zijn bijna verdwenen door de wind, maar dat maakt niet uit. Er zijn maar weinig momenten waarop de natuur zo betoverend is als tijdens deze winterdag in de Ardennen. Elke stap in de verse sneeuw brengt je dieper in een sprookjesachtig decor, waar het voelt alsof je in een andere wereld bent beland.
Onze tocht komt aan zijn einde van zodra we de charmante Fischbach-kapel zien , een stukje geschiedenis verscholen in de sneeuw. Deze kleine kapel, gewijd aan de Notre-Dame de Bon Secours , werd in 1830-1831 gebouwd op initiatief van ridder Henri-Toussaint Fischbach, een industrieel uit Malmedy. Hij liet de kapel uit dankbaarheid bouwen nadat zijn schoonvader, verdwaald in de Fagne, veilig teruggevonden werd.
De kapel, gelegen op ongeveer honderd meter ten oosten van de herberg Baraque Michel, heeft een bijzondere klokkentoren. Deze toren werd tot 1856 gebruikt als baken voor reizigers die verdwaald waren op de immense vlaktes van de Hoge Venen. Het is een bescheiden bouwwerk, maar de geschiedenis die het met zich meedraagt, brengt een mystiek tintje toe aan de wandeling.
Nabij de kapel staat, een beetje respectloos en verscholen, het monument van de
"Vier Fagnards". Het waren lokale mannen die actief waren in het verzet tegen de Duitse bezetting. Ze vervoerden geheime berichten en boden onderdak aan mensen die op de vlucht waren. In 1944 werden ze door de nazi's opgepakt en geëxecuteerd, maar hun moed en opoffering leven voort in dit eenvoudige maar krachtig monument.
Dit gedenkteken is meer dan alleen een historisch punt; het is een plek om even stil te staan, respect te tonen en na te denken over de kracht van solidariteit en hoop.
Onze wandeling was meer dan een uitstapje; het was een moment van verbinding met de natuur en met elkaar. De sneeuw, de frisse lucht, en het gevoel zelfs helemaal weg te zijn van de lastige alledaagse beslommeringen. De Hoge Venen hebben opnieuw bewezen dat de Ardennen niet alleen in de zomer, maar ook in de winter een paradijs zijn voor rustzoekers en avonturiers.
Dus mocht je ooit een winterse ontsnapping plannen, zet dan zeker de Hoge Venen op je lijstje. Wie weet, brengt misschien de sneeuw je wel hetzelfde gevoel van verwondering als het ons bracht: dat je niet in België wandelt, maar in het sprookjesachtig Lapland.
De Hoge Venen blijven voor altijd
in mijn herinnering gegrift,
als een plek van pure, stille magie.
Prachtig! en nu is de sneeuw hier!💯
Mooi geschreven Marleen! Leest lekker!