Petra, de oude Nabateese stad
- Thijs Marleen

- 16 apr 2023
- 8 minuten om te lezen
Bijgewerkt op: 22 okt
Ben jij ook van plan om Petra, het nieuwe wereldwonder van Jordanië, te bezoeken? Hier is mijn reisgids voor Petra, met wat te zien en te doen, tips uit de eerste hand en meer.

Na onze eerste kennismaking van gisteren, toen we van Little Petra naar Petra stapten, zijn we vandaag vroeg uit de veren voor het echte werk: een bezoek aan Petra zelf, via de beroemde Siq. Het complex zelf is enorm groot, en als de nummer één toeristische attractie in Jordanië , zou het geen verrassing moeten zijn dat Petra stampvol zit vanaf het moment dat ze de deuren openen.

Voordat we beginnen met het verkennen van het ongelooflijke terrein van Petra, is het raadzaam om eventjes vooraf wat meer te weten te komen over de intrigerende geschiedenis van de oude stad, dus hier is een kort overzicht.
Er wordt gezegd dat de regio van het huidige Petra voor het eerst werd bewoond rond 7.000 voor Christus, toen historici en archeologen sporen vonden die terugvoeren naar verschillende neolithische dorpen.

Rond de 4e eeuw voor Christus bereikte een nomadische Arabische stam genaamd de Nabateeërs het gebied, die in de daaropvolgende jaren besloten dat het tijd was om hun nomadische manier van leven achter zich te laten.
Met ongelooflijke rijkdommen en een reeks geavanceerde technische vaardigheden begonnen de Nabateeërs hun nederzetting te bouwen, die volgens veel historici een van de meest geavanceerde oude steden ooit is.
Vanaf dat moment werd Petra de hoofdstad van het Nabateese koninkrijk en groeide het uit tot een belangrijk handelscentrum voor weelderige goederen, zoals wierook uit Arabië, zijde uit China en specerijen uit India. Op het hoogtepunt noemden meer dan 30.000 mensen Petra hun thuis.
Op een gegeven moment veranderden de internationale handelsroutes en daarmee ook de macht, rijkdom en reputatie van het Nabateese koninkrijk en zijn volk. Deze belangrijke verandering maakte Petra kwetsbaar voor de Romeinen, die uiteindelijk de uit rotsen gehouwen stad in het jaar 106 na Christus overnamen.
Onder Romeinse heerschappij bloeide Petra weer op en naast de uiterst fascinerende uit rotsen gehouwen gebouwen van de Nabateeërs, voegden de Romeinen verschillende nieuwe bouwwerken toe aan de stad.
Helaas werd Petra door twee aardbevingen in 363 en 551 gedeeltelijk geruïneerd, waardoor het door de mensen werd verlaten en uiteindelijk werd vergeten.
Hoewel de lokale bedoeïenen precies wisten waar het was, werd 'de verloren stad Petra' al meer dan duizend jaar geheim gehouden voor de rest van de wereld.

Pas toen de Zwitserse ontdekkingsreiziger Johann Ludwig Burckhardt het in 1812 herontdekte, werd de 'rozerode stad half zo oud als de tijd' op de kaart gezet van de westerse wereld.
Tegenwoordig is Petra één van de nieuwe wereldwonderen van Unesco met bijna 1 miljoen bezoekers per jaar.
Met honderden indrukwekkende bouwwerken, oogverblindende uitkijkpunten en een aantal avontuurlijke wandelpaden verspreid over Petra, is het moeilijk voor te stellen dat 85% van deze oude Nabateese stad nog steeds verborgen ligt onder de stoffige grond.
Maar laten we alles wat ze al opgegraven hebben eventjes ontdekken.

Het is onvermijdelijk dat het eerste deel van ons Petra-avontuur begint met een wandeling door de Siq, een smalle kloof van 1,2 kilometer lang die je langzaam naar de verborgen rozerode stad leidt. Neem van mij aan, het is een sensationele ervaring om het pad tussen de torenhoge natuurlijke rotswanden te volgen, wetende dat Petra's beroemde Schatkamer elk moment kan opduiken. Op een gegeven moment versmalt de kloof tot een breedte van ongeveer 2 meter, terwijl hij wordt geflankeerd door torenhoge rotswanden. Gezien het licht dat de Siq nog steeds van bovenaf binnenkomt, creëren deze ongelooflijke omstandigheden tal van geweldige fotografiemogelijkheden. De Siq is ook de plek om het progressieve watersysteem van de Nabateeërs te zien, dat water van Wadi Musa naar de stad leidt via kleine kanalen die rechtstreeks uit de rotswanden zijn uitgehouwen.

👉 “Siq” (السيق) is een Arabisch woord dat letterlijk betekent: “kloof”, “passage” of “bergengte”. In het geval van Petra verwijst de Siq dus gewoon naar de natuurlijke kloof die toegang geeft tot de oude stad. Deze kloof is ontstaan door een breuk in de rotsformatie, uitgesleten door water over duizenden jaren. Wat het bijzonder maakt, is dat de Nabateeërs deze natuurlijke kloof vervolgens hebben aangepast en benut:
Ze hakten waterkanalen uit in de rotswanden om regenwater van Wadi Musa naar Petra te leiden.
Ze beschouwden de Siq ook als een symbolische entree naar hun heilige stad — een soort overgang tussen de buitenwereld en het spirituele centrum van hun beschaving.

Het pad slingert verder en plots — tussen twee rotswanden — verschijnt het.
Daar is het, Petra's absolute middelpunt - de bovenaardse schatkist, plaatselijk bekend als Al-Khazneh. De beroemde gevel van de Schatkist zien door de nauwe spleet van de Siq, is in veel opzichten een unieke reiservaring.

De Treasury, uitgesneden uit de rozerode zandsteenrotsen, is een indrukwekkend 39 meter hoog bouwwerk waarvan wordt gezegd dat het het mausoleum is van de Nabatese koning Aretas IV, die in de 1e eeuw na Christus over Petra regeerde. Volgens de legende verborg een Egyptische farao zijn schat in de urn op het bovenste deel van de gevel, wat resulteerde in de naam; Al-Khazneh - Schatkamer van de farao - The Tresury.

Op dit moment is de urn gemarkeerd met geweerschoten, aangezien de lokale bedoeïenen hoopten dat de veronderstelde 'schat' uiteindelijk uit de gevel zou vallen.
Voor een onvergetelijke ervaring, zorg ervoor dat je als een van de eersten bij de Treasury arriveert. Ik weet het, vroeg opstaan op vakantie klinkt als een no-go, maar geloof me, het is absoluut de moeite waard! We blijven een tijdje staan, stil, terwijl de eerste zonnestralen de steen doen gloeien. Geen foto kan dat gevoel vangen.

Maar ik wil toch proberen om dé foto met het iconische uitzicht van de schatkamer van bovenaf te maken en daarom begin ik aan de klim naar de rots tegenover de Schatkamer. Het pad is steil, smal en niet altijd even duidelijk, maar elke stap omhoog brengt meer beloning. Wanneer ik uiteindelijk het uitzichtpunt bereik, ontvouwt zich onder me de Schatkamer in al haar glorie. Van hieruit lijkt ze bijna onaards, alsof ze uit de rotsen is gegroeid in plaats van erin uitgehouwen. Het is het soort moment dat je stil maakt… en tegelijkertijd doet juichen dat je die klim toch hebt aangedurfd.

Eénmaal terug beneden wandelen we verder en dwars door het hart van Petra loopt de Straat van de Gevels, een straat met meer dan 40 uit rotsen gehouwen graven en huizen. Op een bepaald moment in de geschiedenis werd deze straat het epicentrum van Petra, en het is best gaaf om je voor te stellen hoe de sfeer vroeger moet zijn geweest. Tegenwoordig staat de Straat van de Gevels bekend als de belangrijkste toeristische route in Petra, omdat deze de Schatkamer verbindt met de Romeinse poort (de Hadrische poort) die toegang geeft tot de Colonnaded Street. Soms wordt die laatste ten onrechte met Hadrianus in verband gebracht, maar er is geen bewijs dat Hadrianus die poort bouwde of bezocht.

Aan de linkerkant doemt het Nabatean Theater op. Het lijkt Romeins, maar is in feite van Nabateese oorsprong en volledig uit de rotsen gehouwen. Later breidden de Romeinen het uit tot een capaciteit van wel 8500 toeschouwers – het blijft indrukwekkend om te bedenken dat hier ooit duizenden mensen zaten.
Een stukje verderop verschijnen de Koninklijke Graven, vier monumentale tombes – de Urn Tomb, Silk Tomb, Corinthian Tomb en Palace Tomb – die samen een hele bergwand innemen. De kleuren en vormen wisselen voortdurend met het licht. En hoewel de Royal Tombs er van een afstand prachtig uitzien, zou ik ook aanraden om elke tombe afzonderlijk te bezoeken als je de tijd hebt. Houd er rekening mee dat alle vier de graven op een verhoogd platform zijn geplaatst en alleen kunnen worden bereikt door de trappen aan de rechterkant van de Straat van Gevels te volgen.


Vanaf de Straat van de Gevels lopen we door naar de Colonnaded Street, die ooit door pilaren geflankeerd werd en toegang gaf tot markten en tempels. Aan het einde staat de Romeinse poort, soms ten onrechte de “Poort van Hadrianus” genoemd, maar Hadrianus heeft deze stad nooit bezocht. Toch voelt het alsof elke steen een verhaal vertelt – van de Nabateeërs, de Romeinen, de aardbevingen, en de eeuwen van vergetelheid.

Ondanks dat het het verst verwijderd is van het bezoekerscentrum van Petra, is het klooster AD-DEIR eigenlijk één van de meest populaire monumenten in het complex, en gezien zijn ongelooflijke uiterlijk is dit geen verrassing.
Verborgen hoog in de bergen van Petra, wordt deze ongelooflijke plek bereikt door de rotsachtige 800 treden naar boven te volgen, wat niet langer dan een uur zou moeten duren als je wandelervaring hebt. Maar daar heb ik je in het blogverhaal https://www.dolcefartutto.eu/post/de-back-door-hike-de-mooiste-toegang-tot-petra al over verteld.

Na al dat afdalen, klimmen we weer omhoog. Bovenop de torenhoge berg Jebel al-Madhbah ligt de Hoge Offerplaats, een plek die ooit werd gebruikt voor offers en spirituele rituelen. Vandaag is het grootste offer echter… onze kuitspieren.
Het pad omhoog kronkelt tussen zandstenen trappen en gladde rotsen. Elke bocht biedt een nieuw excuus om even te “fotograferen” (lees: uit te hijgen). Onderweg zien we geiten die ons met een zelfgenoegzame blik aankijken — duidelijk gewend aan het hoogteverschil.
Na zo’n 45 minuten stevig doorstappen bereik ik de top, en eerlijk: het uitzicht stelt me een beetje teleur omdat ik volledig in de mist gehuld ben.
Boven wacht me geen altaar meer met geofferde dieren, maar wel het gevoel dat ik net een kleine pelgrimstocht heb volbracht — zonder de bijbehorende dramatiek, maar met evenveel zweet. En als je denkt dat het naar beneden gaat een stuk gemakkelijker gaat, dan moet ik je teleurstellen. De stenen zijn ondertussen door de mist spekglad geworden. Maar het is allemaal de moeite waard.
In Petra kun je onmogelijk om de kamelen heen — letterlijk én figuurlijk. Ze staan overal, als zelfbenoemde fotomodellen van de woestijn, rijkelijk uitgedost met bontgekleurde dekens, glimmende kralen en franjes die vrolijk in de wind dansen. Sommige lijken zo trots op hun versieringen dat je bijna verwacht dat ze om een compliment vragen. Terwijl ze nonchalant herkauwen voor de eeuwenoude façades, poseren ze geduldig met toeristen alsof het hun dagelijkse catwalk is. In een stad vol stenen wonderen zijn het de kamelen die met hun koninklijke houding en modieuze flair stiekem de show stelen.

Petra heeft niet alleen archeologen en avonturiers betoverd, maar ook Hollywood en half televisiekijkend Vlaanderen. De rozerode stad figureerde al als mysterieus decor in Indiana Jones and the Last Crusade, waar Harrison Ford een geheime tempel binnenstormde die in werkelijkheid gewoon een toeristische trekpleister is met kamelenparkeerplaats voor de deur. Ook The Mummy Returns en Transformers: Revenge of the Fallen konden de charme van Petra niet weerstaan — want niets zegt “eeuwenoud mysterie” zoals een paar explosies tussen 2000 jaar oude pilaren. Zelfs in Wie is de Mol? lieten ze de kandidaten hier in het zweet werken. En alsof dat nog niet genoeg was, kreeg Petra zelfs een stripvermelding: het vormde de inspiratie voor de scène op pagina 28 en 29 van Kuifje’s Cokes in voorraad — want ook Hergé wist dat geen enkele avonturier de verleiding van deze legendarische stad kan weerstaan.

Als je Petra verlaat, met stof in je schoenen en zonnebrand op je neus, weet je één ding zeker: deze stad is geen gewone stapel stenen. Tussen de rozerode rotsen, kamelen met attitude en eeuwenoude geheimen voel je dat Petra leeft — trots, mysterieus en een tikkeltje theatraal. En eerlijk? Ik kan het haar niet kwalijk nemen.

Petra is als een influencer van 2000 jaar oud
altijd in de juiste lichtval,
omringd door bewonderaars
sinds het begin der tijden.































Opmerkingen